Je bekijkt nu BADESSI

BADESSI

Badessi werd na de dood van zijn vader, een voodoochef in het convent van Sakpata, door de Fâ aangewezen als opvolger. Sakpata is de god van de aarde en de pokken. Wanneer hij getergd wordt dan teistert hij de mensheid met besmettelijke ziekten.

Badessi weigerde de Fâ te gehoorzamen. Hij wilde weg uit zijn dorp Lalo om te ontsnappen aan de armoede en vertrok naar buurland Nigeria om geld voor zijn gezin te verdienen. Eenmaal daar aan het werk hoorde hij dat zijn kind ziek was. Hij besloot desondanks om in Nigeria te blijven.
Kort daarna ontving hij het bericht dat ook de kinderen van zijn broer ziek waren geworden met precies dezelfde symptomen.

Ondanks smeekbeden van zijn familie weigerde Badessi opnieuw om terug te keren en de taak van chef van het convent op zich te nemen. Pas toen zijn broer stierf aan dezelfde ziekte keerde hij hals over kop terug naar zijn geboortedorp Lalo. De Fâ werd opnieuw geraadpleegd en herinnerde Badessi aan de eerder gegeven opdracht om de taak van chef van het convent op zich te nemen. De Fâ bepaalde ook dat zijn eigen kind en de kinderen van zijn broer, allemaal meisjes, geïnitieerd moesten worden in het convent van Dan, de godheid van het water. Dan accepteert alleen maar meisjes.

Wanneer Badessi, inmiddels chef, dit verhaal vertelt heeft hij de kinderen al meer dan twee jaar niet meer gezien. De meisjes zitten op een matje aan zijn voeten, doodstil, de benen voor zich uitgestrekt, het hoofd gebogen, de ogen neergeslagen. Zij bevinden zich voor het eerst sinds hun initiatie buiten het convent. Via de Fâ heeft Dan daarvoor bij hoge uitzondering toestemming gegeven. Als symbool voor hun gevangenschap moeten de kinderen hun duimen in hun vuisten geklemd houden zolang ze buiten het convent zijn.

Twee keer moet Badessi, door emoties overmand, zijn verhaal onderbreken. Hij werpt zich languit voor de kinderen op de grond. Die leggen hun handen op zijn hoofd om hem namens de goden vergiffenis te schenken. Verder kunnen en mogen ze zich niet bewegen. Om hen rechtop te laten staan moet Badessi met beide handen hun schouders zeven keer licht op en neer bewegen alsof hij hen omhoog wil trekken. Daarmee vraagt hij de goden om toestemming. Wanneer ze weer moeten gaan zitten, moet hij zeven keer op hun schouders drukken. Badessi kan de kinderen nog niet bevrijden omdat hij het geld voor de offers nog niet bij elkaar gespaard heeft. Tot die tijd zal hij de meisjes niet meer zien